Regen, storm en onweer

Geen materiaal
Mondeling
15 min

Doelstellingen

De deelnemer kan bijdragen aan de groepsenergie via geluiden en bewegingen.

Voorbereiding

Benoem de elementen: wind, regen, donder, bliksem, storm.

Instructies

  • Ga in een cirkel zitten en vertel de deelnemers dat je het samen gaat laten stormen.
  • Wrijf je handen zachtjes tegen elkaar en zeg Wind.
  • Vraag de deelnemer rechts van je om mee te doen.
  • Vraag de deelnemer rechts van hem/haar om mee te doen, totdat iedereen geleidelijk aan in de handen wrijft. Het wrijven klinkt als de wind.
  • Begin sneller te wrijven en moedig de deelnemers aan om gelijke tred met jou te houden.
  • Begin met de vingers van jouw rechterhand te knippen, zeg Regen en vraag de deelnemer rechts van je om mee te doen, dan de volgende deelnemer en ga zo maar door.
  • Je hoort nu regen en wind, terwijl de groep geleidelijk aan van wrijven naar knippen overgaat.
  • Knip met de vingers van beide handen, zeg Storm en drijf het tempo op: de regen neemt toe in volume en snelheid; de deelnemers volgen één voor één.
  • Terwijl je met je vingers knipt, stamp je met je voeten om het geluid van de donder te maken en roep je Donder.
  • Spring van je stoel en roep Bliksem. Een voor een volgen de deelnemers als een Mexican wave, die het geluid van een donderslag van een nabijgelegen blikseminslag oproept.
  • Laat de storm langzaam afnemen en eindig met zacht in de handen klappen (laatste regendruppels) en zacht wrijven (zwakke wind) en dan stilte….

Afsluiting

Als de trainer stopt, is het nog niet voorbij; het is pas stil als de laatste in de kring, de persoon links van je, ook is gestopt.

Tips voor de instructeur

Neem deze oefening op. Het is leuk om te luisteren naar de storm die jullie samen hebben opgewekt.